
Vanaf 1 oktober
heeft Rotterdam een Markthal. Het gebouw wordt de hemel in geprezen en het
krijgt kritiek. Het zou te dicht bij aanpalende gebouwen aan de zuidzijde
staan, de markt erin zou op de duur niet rendabel zijn, want te duur. En er is
meer kritiek. Hoe terecht zijn lof en kritiek? Om te beginnen de feiten en
enkele cijfers.
De Markthal is om
meerdere redenen opmerkelijk: om zijn op het eerste gezicht brutale vorm, als
een soort Zeppelinhangar.
Maar ook om zijn afwerking met aan de buitenkant het type steen dat je ook op het plaveisel rondom vindt en aan de binnenzijde een 11000 vierkante meter groot kunstwerk. Maar minstens even bijzonder zijn de functies die het gebouw in zich verenigt.
Woningen
De 228 woningen
in alle maten en soorten waarvan 102 huurwoningen en 24 grotere en duurdere
penthouses omgeven als een schil de markthal. Die is met een hoogte van ruim
dertig meter binnenin immens, ruimschoots passen 96 versunits en een twintigtal
horeca en winkelbedrijven op de begane grond. Alle winkels en units zijn
gerelateerd aan eten en drinken. Open van 10 tot 20 uur, 70 uur per week,
terwijl de horeca onder de flanken nog langer open is.
Onder de overdekte markt liggen 1200 parkeerplaatsen. In het gebouw waarin in ruime mate duurzaamheidstechnieken zijn toegepast, is rond het moment van opening 85% van de units verhuurd, is 70% van de koopwoningen verkocht en zijn alle huurwoningen verhuurd.
Marktplein en
Passage
Het nieuwe
Marktgebouw van architectenbureau MVRDV (Maas, Van Rijs, De Vries) komt qua
architectuurtypologie in de buurt van zowel de 19eeeuwse passage als bij een
middeleeuws marktplein. Net als een passage heeft de Markthal aan weerszijden
woningen en daartussenin op straatniveau, winkels. Evenals bij een middeleeuws
marktplein omgeven woningen de marktkramen. Maar zijn vorm ontleent de Markthal
aan de moderniteit: aan moderne functionele flatgebouwen en - met zijn twee
semi-open uiteinden -, aan een hangar. Het is een hangar met wanden van
appartementen maar ze zijn niet rechttoe rechtaan gestapeld maar gekromd en
bovenin naar elkaar toegebogen tot de bovenste flats elkaar raken en het dak
vormen. Hierdoor ontstaat niet alleen de karakteristieke vorm van Markthal maar
ontstaat ook, doordat de liften en trappenhuizen recht door de gekromde
flatstapelingen heen snijden, een stevige verscheidenheid aan woninggrootten en
indelingen. Dat koopprijzen weerspiegelen dat, van 230.000 tot meer dan een
miljoen.
Vertical Village
Architect Winnie
Maas , de M van architectenbureau MVRDV, noemde in een eerdere interview, de
Markthal ‘een primitieve of vereenvoudigde vorm van ‘The Vertical
Village’,het idee van het‘Verticale Dorp’, waar bureau MVRDV samen met
de TU Delft onderzoek naar verricht heeft. Dat onderzoek is deel van een studie
naar de megasteden van de nabije toekomst. Het bestudeerd de mate waarin onder
meer de grote horden nieuwkomers in de stad – in 2050 wonen mogelijk circa zes miljard mensen in steden - hun ideeën over gemeenschapsleven in nieuwe vormen
kunnen gieten. MVDRV onderzoekt en test bouw- en ontwerptechnieken in
verschillende modellen en brengt ze ook in gebouwen in praktijk.
Winnie Maas vertelt dat je de Markthal kan zien als een eenvoudige variant van het Verticale Dorp. Vooral één belangrijke component daarvan krijgt hier de nadruk: namelijk de aanwezigheid van zowel publieke alsook private functies in het gebouw.
Van Ledlichtjes
naar ‘Hoorn des Overvloeds’
Winnie Maas
vertelt dat de architecten er in het begin vanuit gingen dat er zoiets als een
groot scherm van ledlichtjes aan de binnenkant zou komen. Toen dat om
verschillende redenen niet uitvoerbaar bleek te zijn, kwam de optie van
gekleurde platen ter sprake. Dat leek het gebouw echter te kort te doen.
Vervolgens is daaruit het idee ontstaan om een meer autonome maar wel aan de
functie gerelateerd kunstwerk op de gewelfachtige binnenwand te laten maken.
Dat is de kleurrijke en goed in de context passende, 1,1 hectare grote,
digitale print ‘Hoorn des Overvloeds’ van Arno Coenen en Iris Roskam geworden.
De Markthal is in
2004 op initiatief van de Gemeente Rotterdam ontwikkeld. Zo’n Markthal zou een
extra katalysator voor het stadsleven in Centrum Oost kunnen zijn. De gemeente
zag een model in de markthallen van andere grote Europese steden. Tevens nam ze
een voorschot op nieuwe, niet bindende Europese richtlijnen voor de verkoop van
gekoelde producten zoals vis, vlees en zuivel. Vervolgens viel de keuze op de
architecten- en ontwikkelaarscombinatie MVRDV en Provast.
Historie
De gekozen locatie
is voor Rotterdam historisch zeer prominent. Het is vlak bij de plaats waar in
1270 een dam in het riviertje de Rotte werd gelegd en de kern van de stad zou
groeien. Dat wordt weerspiegeld in de talrijke archeologische vondsten die
tijdens de bouw gedaan zijn. Ze zijn tentoongesteld rond de zogenaamde
‘Tijdtrap’, een reeks roltrappen door de vier kelderlagen van het gebouw.
Wat betreft de
nabijheid tot andere gebouwen, met name aan de zuidkant van het gebouw, merkt
architect Maas op dat het wel goed is dat het gebouw een beetje tegen de stad
schuurt. Hij benadrukt daarnaast dat de monumentaliteit van het gebouw goed
past bij de immense schaal van het marktplein aan de Binnenrotte: Dat is ‘bijna
zo groot als het Rode Plein’.
De architect over
de stad waar zijn bureau sinds 1993 gevestigd is: zoiets als dit kan alleen in
Rotterdam.